Kookboekpraatjes vullen gaatjes!




Na de augustusvakantie en de Grand Retour, gebeurde er een aantal dingen die de rest van mijn verblijf in Parijs bepaalden. Alsof ik in een luilekkerland terecht was gekomen, stroomde opeens bijna dagelijks de brievenbus vol met prachtig gedrukte, kleurrijke pamfletten en affiches voor de nieuwste theatervoorstellingen, de Opera en andere meer of minder culture gebeurtenissen van het seizoen in theaters en andere zalen waar de Parijzenaren hun cultuur opsnoven. Bij deze cultuurreclames werden vaak vrijbiljetten rondgestrooid om de reisbureaus, die zonder veel uitzonderingen ook kaartjesagenten waren, te stimuleren zelf te beleven wat zij moesten verkopen. Omdat mijn kantoorcollega's geen tijd voor of zin in dit soort zaken hadden en zich principieel niet vernederden tot het verkopen van kaartjes voor voorstellingen naast, of in plaats van, dure cruises, (noblesse oblige, n'est pas?), kwam alles op mijn bureautje terecht en kon ik ermee doen en laten wat ik wenste. Voor mij een ongekende kans mijzelf voortdurend uit te laten. La Traviata was zo de eerste opera die ik ooit zag en nog op de derde rij ook. Ik zat niet lang daarna zelfs op de eerste rij bij mijn favoriete Amerikaanse jazzband, Art Blakey's Jazz Messengers, later gevolgd door de onvergetelijke Dave Brubeck, die toegift na toegift gaf voor het enthousiaste Franse publiek. Als klap op de vuurpijl, enige tijd later, een groot optreden van de Beatles, waarvan het grootste deel van de muziek werd overstemd door vrouwelijke tieners die voortdurend als bezetenen gilden, huilden en in trance hun bovenkleren uittrokken. Nooit heb daarna ooit zo'n heksenketel meegemaakt.
Mijn nieuwe “barvriendin” Toots, waar ik nu regelmatig kwam en bij wie ik clandestien regelmatig als ober en barman werkte, had mij geleerd steak au poivre flambé met friet, omelet au champignons met stokbrood en diverse andere kleine gerechten en hapjes te maken, die gasten vaak bestelden. Zij liet mij ook mijn gang gaan met sommige borrelhapjes, die ik van mijn moeder kende, maar trok ferm de grens bij stukjes brie met een plakje augurk of geconfeite gember! 
Er kwamen iedere avond wel Amerikanen binnen die zij ooit eerder ontmoet had. Het bleef wazig hoe en waar, maar dat interesseerde mij niet: zij zag mij een beetje als haar mascotte, denk ik, en mijn fooien mocht ik houden. 
Mijn persoonlijke drankje was Dubonnet met Perrier, waar ik net zoveel van mocht drinken als ik wilde. Voor niets, zelfs als zij mij om drie uur 's nachts naar huis stuurde met 20 of 30 Franken in de hand. Dat was meestal het moment waarop een paar flics, politieagenten, arriveerden voor een (gratis?) nachteljke borrel.
Op een avond liepen er vier van haar oude Amerikaanse vrienden binnen, het Golden Gate Quartet, de beroemde zwarte barbershop- en gospelzangers, die mij een handvol vrijkaartjes gaven. Dat kwam mooi uit, want ik was begonnen met de avondcursus aan de Alliance Française, in een klas die bevolkt leek met de mooiste au pairs van Europa. Ik liep als een kwijlende hond met rammelende hormonen achter een paar van die begeerlijke meisjes aan, mocht een enkeling meenemen naar een evenement van het een of ander, maar maakte uiteindelijk geen schijn van kans tegen de stinkrijke Italiaanse jongens, zoontjes van industriëlen met eigen gestroomlijnde, meestal open autootjes, mijn klasgenoten, die in groten getale Frans probeerden te leren op het hoofdkussen en openlijk over hun veroveringen opschepten. Echter, hield ik mijzelf voor, had ík meer geluk met afspraakjes dan de Duitse jongens, die vaak niet eens aangekeken werden. Daarnaast was mijn Engels veruit beter, dan van die pasta-eters, ook een voordeel! Alleen jammer dat er niet meer Engelse meisjes waren. Met een c'est la vie, haalde ik uiteindelijk mijn schouders op.
Niet lang daarna belandde ik dankzij de kaartjes van het Quartet in een groepje Nederlandse studenten, waar twee leuke, vlotte Rotterdamse meisjes deel van uitmaakten. Dat liep maanden later op een een ramp uit voor één van hen, een lief blondje. Leine hield er een vriend op na, die altijd zeer scherp gekleed was in blauw pak, smaakvolle das met pochette, altijd boven glimmend gepoetste spiegelschoenen: louche en onbetrouwbaar in mijn ogen. De knul, wat ouder dan ik, had de textielschool van Deventer doorlopen en liep met een medestudent ergens in een beroemd Frans modehuis stage. Zij was smoorverliefd, maar ontdekte bijna te laat dat de twee heren biseksueel waren, enthousiast flat en bed deelden en dat ook met haar van plan waren.
Op kantoor was de dochter van de kruidenier om de hoek begonnen als secretaresse. Wat ouder dan ik, lief maar saai, klaarblijkelijk op zoek naar de liefde, die zij korte tijd later vond: een aanstaande baliecollega, die net de Franse dienstplicht was uitgesmeten: François “Le Mexicain”.
(Wordt vervolgd)


Toad in the hole/ Yorkse dekbedworst
Dit is een typisch, traditioneel, snel Engels gerecht.
Het is een variatie op de Yorkshire pudding, alweer geen “pudding”, maar een met veel lucht gevuld krokant gebakken beslagbakseltje, bedoeld om de jus van een mooie plak sappige roastbeef op te sponzen.
“Pad in en het gat”, of misschien wat minder letterlijk, maar eleganter omgedoopt naar “Yorkse dekbedworst” (er zijn geen prijzen voor betere voorstellen) is in dit geval dus een meerpersoons Yorkshire pudding met ingebakken chipolata worstjes. Je snijdt er vierkante porties van, schept er naar smaak gekaramelliseerde uiensaus over en eet het met doperwtjes en/of groene salade. Er wordt ook wel aardappelpuree bij gegeten. (Jus met veel gebakken -rode- uien is gemakkelijk en snel gemaakt).

(4-5 pers.)
10 -12 chipolata worstjes (eventueel in het midden gedraaid en doorgeknipt, om ze kleiner te maken)
2 eetl. slaolie

Voor het beslag:
160gr bloem
1/2  theel. fijn zout ,of naar smaak (let op het zout al in de worst)
2 eieren op kamertemperatuur 
2 dl melk op kamertemperatuur

 

1. Verwarm de oven vóór op 200 C
2. Rooster de worstjes gedurende een minuut of 15 bruin in een 20 x 30/25 x 25 cm bakblik, met de olie. Draai de worstjes halverwege indien noodzakelijk. Laat het vet vrijelijk uit de worstjes druipen
3. Doe intussen de bloem (ev. met wat zout) in een kom, maak een kuiltje in het midden en breek daar de eieren in. Klop eieren, bloem en een voortdurend straaltje melk tot een beslag. Laat dit even rusten tot de worstjes klaar zijn
4. Neem het hete bakblik met de worstjes uit de oven en zonder verdere afkoeling, (en zonder afgieten van enig vet) verdeel je de worstjes snel, netjes gelijkmatig over de bodem alvorens het beslag er gelijkmatig overheen te gieten. Indien door omstandigheden het blik en de worstjes afkoelen kun je e.e.a. snel op de vereiste hoge temperatuur brengen op gaspit of kookplaat
5. Schuif het bakblik weer de oven in voor ± 20 minuten, tot het beslag gerezen is en de bovenzijde goudkleurig

6. Let op: plaats het bakblik in het midden van de oven opdat je de kleur tijdens het bakken in de gaten kunt houden.
De deur tussentijds NIET openen, i.v.m. afkoeling. Je kunt de worstjes eventueel omwikkelen met dun mager spek voor extra smaak.

 

 

(Wonen in Frankrijk)

 

 

 

 

 

(Wonen in Frankrijk)



Cromlech <<
Plaats een reactie

Karin F 01-11-2015 16:30
Hmmm mee eens, ziet er inderdaad lekker en snel uit. Ga het binnenkort ook eens proberen met mijn miesmuizertjes
Hallo Karin, let dan ook even op mijn advies aan Irene. Onze kinderen lusten er (nog steeds) pap van!Groeten, D.
Irene 01-11-2015 08:36
Oehhh dat is inderdaad een lekker recept wat simpel oogt. Deze moet ik even printen..
Als je bakblik wat groot is raad ik je aan het beslagrecept met 1,5 te vermenigvuldigen. Wat er ev. over blijft kun je een soort pannekoek van maken. Laat mij weten wat je ervan vindt. Kusje D.
 
1-2 van de 2