Kookboekpraatjes vullen gaatjes!




Het was eind juli. Ik had in bijna drie jaar in alle belangrijke afdelingen van de Hamburgse Agent een zinvolle en nuttige taak gehad. De grote afsluiting, die door alle medewerkers gezien werd als de grootste beloning en erkenning van hun leertijd, zou nu moeten komen: een uitnodiging om voor een periode van minimaal zes maanden in de bevrachtingsafdeling (ook bekend als chartering department) geplaatst te worden. Ik zou daarvoor (misschien) wegens doorstroming van de huidige leerling, de blonde, clevere Lutz, op 1 januari a.s., ingepland kunnen zijn. Nog maar 5 maanden en ik wist van niets; Herr Niekerken, de personeelschef, zweeg als het graf. In de loterij van het leven gebeurde toen twee dingen, die direct en indirect een belangrijk gevolg zouden hebben voor mij. De eerste gebeurtenis was een onverwacht bezoek van de hoofddirecteur uit Rotterdam, die aan een Europees rondje agentenbezoek bezig was en slechts een dag tevoren aan Hamburg werd aangekondigd. Herr K. stormde rond het middaguur geagiteerd de afdeling op roepend: "Herr Bernhard kommt, Menschenkinder, Herr Bernhard kommt morgen". Ik had slechts een zeer beperkt idee wie deze belangrijke, angstaanjagende Herr B. wel was, behalve dat men mompelde dat hij een gloeiende pest had aan Duitsers, omdat zijn vader niet wenste mee te werken en als gijzelaar in 1942 door Hitlersoldaten werd gefusilleerd. Dit was ook de reden dat in latere jaren in de wandelgangen gefluisterd werd dat de rederij nooit zou kunnen fuseren of zelfs maar samenwerken met een Duits bedrijf; maar dat terzijde. De rest van de middag was het opruimen en poetsen geblazen door alle afdelingen. De lege flessen moesten weg uit de vensterbanken, de halfvolle rumflessen bij de koffie-theehoek moesten uit het zicht (thee met rum was een normaal drankje in Hamburg) en alle andere mogelijke tekenen van losbandigheid, inclusief niet-geleegde prullenbakken, elektrische puntenslijpers en ponsapparaten, werden "ausradiert". Schrijftafels moesten ontdaan worden van snoep en etenswaren, foto's van nieuwgeboren baby's en vrouwen en alles wat verder niet onder onmiddellijk gebruik gerangschikt kon worden. De roze-gevleesde, kippenvellerige pin-ups in de waterklerkenhoek gingen per direct met pensioen in de afvalbak: na een verscheurend afscheid! IKEA moest nog worden uitgevonden, maar aan het einde van deze excercitie hadden wij als een steriele foto in hun toekomstige eerste catalogus kunnen dienen. Alle verloven werden ingetrokken voor de volgende dag en er ging een oekaze uit die regelde hoe wij voor ons werk gekleed moesten verschijnen. Met open mond heb ik dit allemaal aangezien en daar zonder morren mijn aandeel in geleverd, zoals een jongste bediende aus Holland betaamde. Opdracht is opdracht, nietwaar? Gelukkig vroeg niemand mij waarom ik steeds wat meewarig moest gniffelen. Meneer B., die ik maanden later verder leerde kennen in een persoonlijk gesprek als een plezierige no-nonsense man, toen hij geheel relaxed tijdens onze conversatie kettingen zat te rijgen van paperclips, heeft denk ik nooit vermoed (of gewild) dat hij zo'n heisa zou veroorzaken op het vlak van cultuurverschillen. Wat ik echter nooit verwacht had, was dat ik tijdens dat bezoek plotseling door een trotse, zeer lovende Herr K. als een afgericht konijn uit de hoed werd getrokken, als de "Hollandse medewerker" die maar even aan "Bernhard" moest vertellen hoe gelukkig hij was als Neu-Hamburger én vertegenwoordiger van een beroemde rederij. Omdat slechts weinig medewerkers werden voorgesteld aan de Rotterdammer, werd ik als een benijdenswaardige uitzondering gezien en moest enkele malen tot in detail vertellen "hoe het was", als ware ik een bakker, die op Koninginnedag voor zijn dorp ergens in Groningen, een kruidkoek had mogen aanbieden aan koningin Juliana.
De tweede gebeurtenis was een bedrijfsuitje met de Barkasse (barkas, watertaxi, al eerder op het toneel verschenen in mijn verhalen) van het tally-bedrijf. Wij voeren naar een 18-de eeuwse boerderij, direct aan de Elbe, die zich vanaf eind 1800 tot een geliefd café-restaurant met kegelbaan ontwikkeld had. Na een genoeglijke middag en vroege avond, met groot buffet, veel bier en schnaps, afgewisseld met een hilarische kegelcompetitie, struikelde de jonge, veelbelovende Lutz Dabelow, enige leerling op de afdeling bevrachting, over een betonnen stoeprandje en werd met een schedelbasisfractuur naar het ziekenhuis afgevoerd, waar hij twee dagen later overleed. Een dag na de begrafenis werd ik vervroegd naar de bevrachting overgeplaatst. Dit was de gebeurtenis, die directe, korte termijn-gevolgen voor mij had. De gevolgen van de andere gebeurtenis openbaren zich later.
Wordt vervolgd


Bochechas, of varkenswangetjes
zijn populair in Portugal: thuis en in de volkskroegen op het platteland. De handpalmgrote vleeskussentjes kosten momenteel €3,75 per kilo bij mijn slager en zijn altijd beschikbaar. Ze hoeven slechts een beetje bijgesneden te worden en hier en daar moet een vliesje of een zeentje worden weggesneden: het verlies is minimaal. De wangetjes zijn boterzacht stoofvlees met veel smaak en vertegenwoordigen de weinige stukjes varkensvlees die niet taai of droog worden bij stoven. In Nederland gaan de wangetjes in gehakt, worst of frikandel. Soms worden zij in het slachthuis gescheiden voor export naar Zuid-Europa, waar men wel een "vreemd" stukje vlees waardeert op smaak en andere kwaliteiten. De Keurslager die ik in Rotterdam binnenliep verzekerde mij binnen een dag aan wangetjes te kunnen helpen, maar kon geen prijs voorspellen. 
Het recept is gemakkelijk. De hoeveelheden doen er niets toe en kunnen op smaak of beschikbaarheid worden aangepast. Dit recept is voor vier personen.

Reken per persoon twee wangetjes, met twee extra voor vier personen. Tien stuks dus, want er is wat krimp bij bereiding! Bruin de stukjes vlees snel, in hun geheel, in hete olijfolie, twee of drie per keer. Leg ze daarna dakpansgewijs in een stoofpan of -pot en giet de bakolie over het vlees. Drie grote grofgesnipperde uien toevoegen en vier fijngesnipperde teentjes knoflook. Verder een paar blaadjes laurier, zout en grofgemalen peper (en/of wat drupjes piri-piri) naar smaak. Bestrooi alles met twee verkruimelde (rundvlees)-bouillonblokjes. Giet een eenvoudige, niet te zware rode wijn over het geheel tot het vlees net onderstaat. Laat dit zachtjes onder deksel stoven tot het vlees zacht is, in plusminus 2 tot 2,5 uur. Langer voor een draadjesvleesstructuur. Voeg halverwege de kooktijd 200 tot 250 gram in stukken gesneden verse champignons toe. Eet met rijst en gemengde salade. 

(Wonen in Duitsland)


>> Saviem: koffie en een boffie (3)
Plaats een reactie

Nog geen toevoegingen aanwezig.